Vridag 3 juli
Door: Ria
Blijf op de hoogte en volg Ria
04 Juli 2015 | IJsland, Reykholt
Ons slaapritme is nog niet helemaal gewend, dus we zijn al vroeg wakker. Het ziet er helder uit en met een fleecejack aan kunnen we best op ons terras ontbijten. Als eerste gaan we naar wat mooie watervallen kijken. Daar zijn we dol op, dus leuk dat deze op slechts een paar kilometer afstand te bewonderen zijn. De Hraunfossar is een reeks van talloze watervalletjes die vanonder een basaltlaag uitstromen, zó de snelstromende Hvítarivier in. Er zijn gemakkelijke paden omheen aangelegd en uitzichtplateaus. Wonderlijk dat zelfs in de spleten van het ruwe gesteente nog zoveel piepkleine plantjes groeien. Ik zie vooral veel wilde tijm, die met zijn helderpaarse bloemetjes kleur geven. Als je goed kijkt tenminste, want er stopte ook een bus toeristen en die stampten er klakkeloos overheen, smartphone in de hand om de duizendste selfie te maken.
Vanaf dezelfde plaats kunnen we nog een andere waterval bekijken. De Barnafoss (kinderwaterval). Het verhaal gaat dat er ooit twee kinderen van een natuurlijk gevormde brug over de waterval het kolkende water in zijn gestort. De wanhopige moeder zou een deel van de brug hebben verwoest. Hoe dan ook, beide watervallen zijn prachtig. Heerlijk weer om zo te wandelen en alles te bekijken. De temperatuur loopt voorzichtig op en wij trekken een laagje uit.
Een paar kilometer verder ligt het plaatsje Reykholt. Dat heeft een belangrijke rol gespeeld in de IJslandse geschiedenis. Snorri Sturluson (1179-1241) heeft hier gewoond. Bij opgravingen is o.a. zijn buitenbad gevonden. Dat werd gevoed met water van een nabijgelegen bron met lauwwarm water. Dat bad(je) en een deel van de onderaardse tunnel zijn nog intact. Natuurlijk kan ik het niet laten om op mijn knieën de temperatuur van het water te voelen. Leuker nog vind ik de stoom die zomaar ergens onder wat stenen uit het gras lijkt te komen. Als we ernaartoe lopen zien we warm water borrelen. Over het gras loopt een smal pad, waarvan ik eerst dacht, dat het door belopen plat en dor was geworden. Nu blijkt echter dat onder de grond warm water loopt, waardoor het gras verdort. Ik volg het pad en kom bij een kleine vijver uit. Ook daar slaat wat rook vanaf. Gisteren heb ik dat hier en daar ook wel gezien, maar er verder niet veel aandacht aan besteed, de rest van de dag begrijp ik ineens wat al die rookpluimjes betekenen. In dit (piep)kleine stadje, staat een bijzonder mooie, moderne kerk die een goede akoestiek schijnt te hebben. Ertegenover staat nog een oud kerkje. Omdat ik geen internet heb, kan ik al die gegevens niet opzoeken, maar volgens mij staan er niet veel meer dan honderd huizen hier.
We rijden weer een stukje verder over de rustige weg en stoppen bij een picknickplaatsje, tijd voor koffie en een boterham, alles bij ons, want er is hier niets. Het is echt lekker weer, misschien wel 15 graden, mooi helder. In de verte zien we witte rook. Néé, heeft niets met Rome te maken. Na wat zoeken rijden we het pad op naar Deildartunguhver, daar is de grootste hete bron van IJsland en misschien wel van de wereld: hij levert 180 liter kokend water (97 graden) per seconde! Sinds 1981 voorziet hij Borganes en Akranes van heet water. Ik begrijp nu goed waarom het hier overal zo warm is als je binnenkomt, verwarming, warm water, alles komt hier zomaar uit de grond. Denk nou niet dat het een groots opgezette bezienswaardigheid is, we zijn er al aan voorbij gereden (die witte wolken), voordat we in de gaten hebben dat we daar moeten zijn. Een onverharde zijweg, een lavakruimeltjesparkeerplaats (dat stuift zo lekker) en dan een graspaadje naar een 'sloot', breder is het niet. Er zijn wat waarschuwingsborden en er lopen natuurlijk wat andere mensen. Maar kijk, die wolken zijn er natuurlijk niet voor niets. Een smalle strook kolkend en spuitend water. Géén meters hoog, misschien niet eens één meter. Het ruikt er naar zwavel, een beetje alsof er eieren gekookt worden. Sterker nog, ik zag een meneer met een kanvas tas aan een touw, waar eieren inzaten, die had hij in dat kokende water hangen. Ik weet niet of het gelukt is.
Het is zó bijzonder om te zien dat er kokend water uit de grond spuit. De grond eromheen is aangenaam warm, alsof er een goeie vloerverwarming ligt. Een stukje verder staat een pompstation waaruit een dikke, lange buis komt. De buis voelt behoorlijk warm, daar gaat het water doorheen. Ik krijg steeds meer ontzag voor de grond onder mijn voeten. Meer is er niet te zien, het wordt niet uitgebuit als toeristische attractie, het is gewoon zoals het is, klaar.
Nog onder de indruk rijden we naar Húsafell terug. Buiten het vakantiegebied, met de camping en de vakantiehuisjes, aan de overkant, bestaat het eigenlijke dorp uit een kerkje en één boerderij. Er heeft zich enige tijd geleden ook nog een beeldend kunstenaar gevestigd, die er een werkplaats heeft. Verder niets. Een smal pad naar boven nodigt uit tot een wandeling. Mooie vergezichten, maar als we bijna bij de sneeuw komen en er nog geen eind aan de klim lijkt te komen, vind ik het wel genoeg. Ik ben niet zo goed in klimmen en als er dan geen beloning wacht aan het eind... De wandeling is prettig, het is zo heerlijk om hier buiten te zijn, we zien dat het zelfs al 16 graden is geworden. Foei, foei, als dat maar geen hittegolf wordt.
We gaan naar huis, ik kan een lekker maaltje in elkaar prutsen en later maken we nog een avondwandeling. De dag is hier toch nooit op. De zon gaat hier nu om een uur of elf onder en komt om even over drieën weer op. Ik barst van de energie, veel daglicht, heel de dag in de buitenlucht en een heerlijke temperatuur.
-
27 Juli 2015 - 23:17
Beppie:
Typisch hoe je dat beschrijft over die toeristen... geen oog voor details; zo jammer is dat.
Ik weet eigenlijk helemaal niet veel over IJsland af, realiseer ik me... leuk en leerzaam dat je die wetenswaardigheden in je verslag opneemt.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley